De Berg-Stichting

1942 -43

Gedwongen verhuizing naar Amsterdam

De Berg-stichting is in 1909 opgericht als opvanghuis voor joodse kinderen uit noodlijdende gezinnen en voogdijkinderen. In 1940 waren 106 jongens en meisjes tussen 4 en 21 jaar ondergebracht bij de Berg-stichting. De niet joodse directeur Reitsema heeft zijn pupillen en personeel zo veel mogelijk trachten te beschermen. 

Door middel van onderduik of niet-joodverklaringen hebben zo ‘n 70 inwonenden de oorlog overleefd. Op 7 april 1943 zijn de bewoners van de Berg-stichting gearresteerd en gedeporteerd.

Informatie van de redactie Joods Monument.

Tijdelijk onderkomen van de Berg-stichting: Eind 1942 woonden enkele kinderen van de Berg-stichting op het Rapenburg in Amsterdam. In 1943 zijn alle bewoners van de Berg-stichting vanuit Laren daar naar overgeplaatst.


https://www.monumentbergstichting.nl/

Zie ook boek: Slag om de Berg-Stichting. Van Ineke Hilhorst, Teun Koetsier en Elbert Roest.


Rapenburg 92-96 Bergstichting - joodsamsterdam

Joseph Aandagt

Amsterdam 9 oktober 1931

Sobibor, 7 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 11 jaar

Elias Aandagt

Amsterdam 21 april 1928

Sobibor, 4 juni 1943

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Jacob Aandagt

Amsterdam 9 oktober 1925

Sobibor, 30 november 1943

Bereikte de leeftijd van 18 jaar

Jacob, Joseph en Elias Aandagt waren zonen van Isaac Aandagt en Aaltje Kool. Omdat de ouders in 1934 gescheiden zijn, verbleef zij sinds 1937 in de Bergstichting. Zij zijn in mei / 1 juni 1943 op transport gesteld. 

Op de kaart van Elias lijkt te staat Auschwitz en niet Sobibor.


Jacob had nog vijf andere broers en zusjes, t.w. Elias, Rebecca, Joseph, Elisabeth en Asser. Daarnaast had hij nog twee halfzusjes, Sonja Kool en Elly Kool


Joseph Aandagt (joodsmonument.nl) 


Elias Aandagt (joodsmonument.nl) 


Joseph Aandagt (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Jacob: Chris Boorsma

Maker van het herinneringsbordje Joseph: Michiel van Tol

ik hijs de vlag halfstok voor jou en ben stil!

Maker van het herinneringsbordje Elias: Maarten Lucas

Ik vergeet jou niet en noem je bij je naam


Regina Bargeboer

Niewolda, 13 juli 1927

Sobibor, 11 juni1943

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Hartog Bargeboer

Niewolda, 20 november 1924

Midden-Europa, 15 maart 1945

Bereikte de leeftijd van 20 jaar

Regina Bargeboer was een dochter en Hartog Bargeboer een zoon van Philip Bargeboer en Mietje van Collem

Regina is op 8 juni 1943 op transport naar Sobibor gegaan.

Op de kaart van Hartog staat dat hij schoenmaker was.

Regina Bargeboer (joodsmonument.nl) 

Hartog Bargeboer (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Hartog en motivatie: Louise Smit

Ze waren vogelvrij en na hun vreselijke dood hoop ik dat ze “vrij” zijn als een vogel.

Maker van het herinneringsbordje Regina en motivatie: Annelies van Haselen

jouw naam staat geschreven…..voor altijd!


Dora Bilderbeek

Amsterdam, 1 april 1927

Sobibor, 7 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Isidore Bilderbeek

Amsterdam, 17 mei 1927

Sobibor, 7 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 13 jaar

Dora en Isidore zijn beide op 4 mei1943 op transport gegaan.

Dora Bilderbeek (joodsmonument.nl) 

Isidore Bilderbeek (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Isidore en motivatie: Clari Dijkhof


Opdat wij niet vergeten

Maker van het herinneringsbordje Dora: Jo-Ann Kramer


Isaac Bruinvels

Rotterdam, 25 juli 1921

Auschwitz, 25 januari 1943

Bereikte de leeftijd van 21 jaar

Abraham Bruinvels

Rotterdam, 26 december 1923

Sobibor, 4 juni 1943

Bereikte de leeftijd van 19 jaar

Isaac Bruinvels (vader van Isaac en Abraham) is de zoon uit het huwelijk van losser, werkman Abraham Bruinvels en Margaretha Waas. Het echtpaar krijgt in ieder geval tien kinderen. De ouders van Isaac sterven respectievelijk in 1916 en 1912.

In december 1914 vertrekt Isaac Bruinvels naar Rotterdam. En gaat inwonen bij het gezin van zijn zus Reine. In 1915 keert hij terug naar zijn geboortestad en gaat later opnieuw naar Rotterdam. Zijn broer Barend, met hetzelfde beroep als Isaac, komt met zijn gezin in 1916 naar Rotterdam. Op een bepaald moment gaat Isaac bij zijn broer in wonen.

Isaac krijgt een relatie met de bijna vijf jaar oudere Hanna en samen krijgen zij drie zonen en één dochter die allen in de oorlog zullen omkomen. Tussen de geboorte van hun tweede en derde kind trouwt het stel met elkaar. Isaac junior (*1921) is dit derde kind. Hij groeit op in Rotterdam en wordt in mei 1925, nog geen vier jaar oud, opgenomen in het Apeldoornsche Bosch.

Isaac senior en Hanna gaan uit elkaar (scheiding officieel in augustus 1931) en Isaac trouwt opnieuw, ditmaal met Eva Nabarro, de plechtigheid vindt plaats op 21 oktober 1931, te Amsterdam.

In mei 1932 wordt Isaac junior overgeplaatst naar de Bergstichting in Laren. Zijn broertje Abraham (1923) (timmerman) woont hier al sinds oktober 1930. Isaac junior keert echter terug naar het Apeldoornsche Bosch, waarschijnlijk na 1 januari 1940.

In juli 1939 wordt Isaac senior zelf als ‘gesticht patiënt’ in het Apeldoornsche Bosch opgenomen (komende vanuit Rotterdam). Vader en zoon zijn aanwezig op het terrein van het Apeldoornsche Bosch, als de bezetter op wrede wijze met de ontruiming van deze psychiatrische inrichting begint; als eerste worden de patiënten en de kinderen van het aangrenzende Paedagogium Achisomog hardhandig in vrachtauto’s geladen.

De leiding van deze wrede ontruiming is in handen van SS-Hauptsturmführer Ferdinand Hugo Aus der Fünten. Vervolgens rijden de vrachtwagens af en aan naar het station van Apeldoorn, waar een trein met veertig veewagons klaar staat. Dorpelingen horen het geschreeuw en gekrijs van de vele patiënten uit de vrachtwagens komen. Aus der Fünten slaat op het station het hele proces gade. Over de aankomst van dit transport op treinstation Auschwitz zijn verschillende lezingen bekend. Op het treinstation van Auschwitz zouden gaten zijn geboord in de wagons om de patiënten daarin te vergassen. Als dit werkelijk zo heeft plaatsgevonden, dan is een mogelijke verklaring dat de nazi’s hiermee hebben willen voorkomen dat het geschreeuw en het gekrijs, zoals dat in Apeldoorn heeft geklonken, zich in het vernietigingskamp zelf zou herhalen, als de patiënten van het treinstation naar het kamp worden getransporteerd. De personeelsleden uit de laatste wagon zouden, met hulp van anderen gevangenen, de omgebrachte patiënten in brandende kuilen hebben moeten gooien. Enkele personeelsleden zijn tijdens deze ‘werkzaamheden’ ook zelf omgekomen. Er zijn ook getuigenissen van een andere gang van zaken; de gedeporteerden zouden niet zijn vergast, maar levend in kuilen verbrand.

Enkele maanden later wordt Abraham Bruinvels in Sobibor omgebracht.

Bronnen: Stadsarchief Amsterdam, Stadsarchief Rotterdam en CODA Archief Apeldoorn.

Naslagwerk: Patiënten Apeldoornsche Bosch (joodsmonument.nl) 


De ontruiming van Het Apeldoornsche Bosch (joodsmonument.nl) 


Isaac Bruinvels (joodsmonument.nl) 


Abraham Bruinvels (joodsmonument.nl) 


Maker van de herinneringsbordjes en motivatie: Jans de Zeeuw


bij Abraham: Verzet en Onbegrip!


bij Isaac: Ook ik ben moeder, mijn hart schreeuwt.


Arie Buitenkant

Amsterdam, 7 maart 1928

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Jabob Buitenkant

Amsterdam, 14 september 1926

Sobibor, 21 mei  1943

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Rebecca Buitenkant

Amsterdam, 26 april 1929

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 14 jaar

Samuel Buitenkant

Amsterdam, 10 oktober 1932

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 10 jaar

Arie, Jacob (huisknecht op de Rapenburg, op zijn kaart staat tuinman), Rebecca, Samuel en Sientje Buitenkant waren kinderen van David Buitenkant (bloemventer) en Judith van Bever.

Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart David Buitenkant

Alle 5 zijn zij op transport gegaan op 18 mei 1943.


Arie Buitenkant (joodsmonument.nl) 


Jacob Buitenkant (joodsmonument.nl)


Samuel Buitenkant (joodsmonument.nl) 


Rebecca Buitenkant (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Arie: Marquerite Slaap


Vergeetmenietjes, omdat we dit nooit vergeten


Maker van het herinneringsbordje Samuel: Rineke Groenewegen


Maker van het herinneringsbordje Jacob: Hanny Wijchers


Ik zal je niet vergeten


Maker van het herinneringsbordje Rebecca: Annemarieke Roelfzema


Als kind maakte ik van madeliefjes een kransje of een slinger, deze is voor jou!


Sientje Buitenkant

Amsterdam, 11 oktober 1930

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 12 jaar

Arie, Jacob (huisknecht op de Rapenburg), Rebecca, Samuel en Sientje Buitenkant waren kinderen van David Buitenkant (bloemventer) en Judith van Bever.

Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart David Buitenkant

 

Alle 5 zijn zij op transport gegaan op 18 mei 1943.


Sientje Buitenkant (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Carin de Kruijf


jong leven, lang geleden maar niet vergeten!


Louis Cohen

Rotterdam, 22 maart 1931

Auschwitz, 28 januari 1944

Bereikte de leeftijd van 12 jaar

Hans Cohen

Rotterdam, 2 augustus 1932

Auschwitz, 19 november 1943

Bereikte de leeftijd van 11 jaar

Louis, (doorgaans Loetje genoemd) en Hans Cohen waren kinderen van Mozes Cohen en Betje van Gelder. Hun ouders trouwden in 1930 en woonden toen in Rotterdam, waar zij beiden werden geboren. In 1936 verhuisde het gezin Cohen naar Den Haag, waar vader en moeder toen elk op een ander adres gingen wonen.

Toen Louis werd geboren, was zijn vader 58 en zijn moeder 25 jaar oud. Mogelijk door het grote leeftijdsverschil tussen vader en moeder van 33 jaar, heeft het huwelijk van hun ouders ongeveer 6 ½ jaar geduurd en op 22 April 1937 werd de echtscheiding uitgesproken door de Arrondissements Rechtbank in Den Haag.

Inmiddels was er in 1934 nog een derde zoon geboren, Maurits genaamd. Na de scheiding van hun ouders werden de drie kinderen in 1939 geplaatst in de Berg Stichting in Laren, een Joods tehuis voor kinderen uit arme families, wiens ouders uit de ouderlijke macht waren ontzet of gescheiden waren.  In opdracht van de Duitsers werd de Berg Stichting in Laren in 1942 in beslag genomen en door toedoen van de toenmalige directeur Jan Reitsema werden kinderen en personeel ondergebracht op Rapenburg 92-96 in Amsterdam, waar het Leger des Heils de gebouwen ter beschikking stelde. Reitsema regelde niet-Jood verklaringen; zijn kinderen werden op papier “Mischlingen” en hij zorgde voor onderduikplaatsen in de Haarlemmermeer.

Louis kwam toen terecht in Nieuw-Vennep. Op een dag was hij met een kleinzoon van Boer Boogaard aan het fietsen, toen zij onderweg werden aangehouden en gearresteerd. Op 7 Januari 1944 werd hij in kamp Westerbork geregistreerd en verbleef in barak 35, totdat hij op 25 Januari 1944 werd gedeporteerd naar Auschwitz, waar hij onmiddellijk bij aankomst op 28 Januari 1944 werd vermoord.

Hans kwam terecht in Rijssenhout. Hij zat daar op school toen daar NSB’ers kwamen vragen wie er uit Rotterdam kwam. Hans, toen ongeveer 11 jaar oud, heeft zijn vinger opgestoken. Hem is toen verteld dat zij die avond zouden terugkomen voor nadere informatie. Zijn onderduikmoeder protesteerde luid en verklaarde dat Hans geen Joodse jongen was. Hans werd meegenomen naar de schuur waar zijn broek naar beneden getrokken werd en gezien werd dat hij besneden was. Hij moest direct mee.  In Kamp Westerbork werd Hans geregistreerd op 28 October 1943, verbleef in barak 67, totdat hij op 16 November werd gedeporteerd naar Auschwitz, waar hij onmiddellijk bij aankomst op 19 November 1943 werd vermoord.

Maurits, die de Sjoa heeft overleefd door de onderduik vertelt uit eigen herinnering, hoe hij en zijn broertjes door het verzet gered werden. Zij verbleven toen al op Rapenburg 92-96 in Amsterdam waar de Berg Stichting sinds 1942 was gevestigd. Toen zij op een dag met alle andere kinderen op straat wandelden, werden zij door een vrouw, Lies de Jong, uit de rij gevist en meegetrokken in een urinoir waar vliegensvlug de Jodenster van hun kleding werd geknipt. Daarna werden zij naar Truus de Swaan gebracht die Maurits onderbracht bij boer Johannes Boogaard in de Haarlemmermeer. Zijn broer Hans kwam in Rijssenhout terecht en Louis in Nieuw-Vennep.

Nadat hun ouders waren gescheiden, woonde hun vader Mozes Cohen in de Obrechtstraat 556 en hun moeder, Betje van Gelder in de Fahrenheitstraat 753, beiden in Den Haag. Zij werden vanaf hun respectievelijke adressen op verschillende data  naar Kamp Westerbork gestuurd en op transport gesteld naar het Oosten, waar Mozes Cohen in Auschwitz en Betje van Gelder in Sobibor werden vermoord.

Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Mozes Cohen; Gemeente Archief Den Haag, gezinskaart Mozes Cohen; het archief van de Joodse Raad, registratie kaarten van Mozes Cohen, Betje van Gelder, Louis en Hans Cohen, een toevoeging van een bezoeker van de website en de website http://www.joodsamsterdam.nl/rapenburg-92-96-bergstichting.

ex pupil, Maurits Cohen voor WOII, broertje van vermelde Louis en Hans Cohen, was samen met zijn broers in de Bergstichting in dezelfde periode. Door: Cohen

Louis Cohen (joodsmonument.nl) 

Hans Cohen (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Louis:  Annemarieke Roelfzema


Liefde zal overwinnen, vrede zal er zijn!

Maker van het herinneringsbordje Hans: Dennis Puijembroek


Hans

Louis (Loetje) 

Margaretha Elisabeth Cohen

Amsterdam, 21 oktober 1922

Sobibor, 23 juli 1943

Bereikte de leeftijd van 20 jaar

Beroep: kostuumnaaister

Gezin moeder Sara Cohen-Brandon: Kind van gezin Sara Cohen-Brandon (nog levend), Keetje Cohen, Hartog Cohen, Izak Cohen, Margaretha Elisabeth Cohen, Mirjam Cohen.

Vader was in 1934 al overleden.

Margaretha Elisabeth is op20 juli 1943 op transport gegaan. 

Margaretha Elisabeth Cohen (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Freddy Koenders


Margriet staat voor “kind van het licht” dat mogen wij nooit vergeten.


Elisabeth Engers

Amsterdam, 17 september 1925

Auschwitz, 31 jul 1944

Bereikte de leeftijd van 18 jaar

Door: Redactie Joods Monument

Elisabeth Engers was een dochter van Abraham Engers en Kaatje Ancona. Zij was assistente in de keuken.

Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Abraham Engers.

info@aaldrik2001@yahoo.co

Elisabeth, zit net als haar broertje Meijer, in de Bergstichting. Ze komt er op 12-12-1930 aan. Ze zat ondergedoken en komt in Westerbork aan op 22-2-1944 (strafbarak 67). Op 3-3-1943 gaat ze op transport. (red. haar naam wordt ook genoemd in de politie dag- en nachtrapporten 1944).

Elisabeth Engers (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Marcelle Reijn


Had jij maar mogen leven in vrijheid


Flora Grijsaart

Rotterdam, 21 april 1927

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Emanuel Grijsaart

Apeldoorn, 16 december 1928

Sobibor, 11 juni 1943

Bereikte de leeftijd van 14 jaar

Twee foto's van Floortje Grijsaart genomen in het Apeldoornse Bosch vlak voor het vertrek naar de Bergstichting in Laren. 

Emanuel Grijsaart (joodsmonument.nl) 

Flora Grijsaart (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Flora: Julia

ik pluk een bloem voor jou

Maker van het herinneringsbordje Flora: Philip Hausel

David Grijsaart

Rotterdam 18 maart 1934

Sobibor, Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 9 jaar

Grietje Grijsaart

Rotterdam 19 september 1936

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 6 jaar

Willem Grijsaart

Rotterdam 10 juli 1932

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 10 jaar

De vader van Flora, Emanuel, Willem, David en Grietje was Leendert Grijsaart. Hij werd geboren in 1894, als zoon uit het huwelijk van Grietje Sluijzer en Barend Grijsaart, werkman en later sigarenmaker.

De Moeder van de kinderen was Keetje Lopes Dias. Zij werd geboren in 1897, als dochter van werkman David Lopes Dias en Raatje Pinte. Later is Keetjes vader vrachtrijder en diamantslijper.

Leendert en Keetje traden op 22 oktober 1919 met elkaar in het huwelijk, de plechtigheid vond plaats in Rotterdam. Leendert was op dat moment koopman in groenten.

Een jaar na het huwelijk werd hun zoon Barend geboren.

Het echtpaar was niet erg honkvast en verhuisde een aantal keer van Rotterdam naar Amsterdam vv. Verder zaten ze ook een een jaar in Apeldoorn. 

Het echtpaar kwam met hun zoon Barend opnieuw naar Rotterdam (augustus 1926), kort hierna werd hun tweede kind geboren: Rachel. In de jaren erna zou het echtpaar nog vijf kinderen krijgen; ze werden geboren in respectievelijk Rotterdam (Flora), Apeldoorn (Emanuel) en ten slotte weer in de havenstad (Willem, David en Grietje).

Vanaf maart 1933 werd het echtpaar vanwege vervuiling en verwaarlozing uit de ouderlijk gezag macht ontzegd. Het betrof Rachel, Emanuel, Barend en Flora (Grietje is dan nog niet geboren). Barend en Flora kregen de diagnose ‘achterlijk’. Zij werden in Apeldoorn opgenomen.

In december 1934 en daarna werden de 5 kinderen Grijsaart overgeplaatst naar de Bergstichting in Laren. Vandaar zijn overgebracht naar Auschwitz en vervolgens naar Sobibor. Waar zij zijn vermoord.

 

Gemeentearchief Rotterdam, Stadsarchief Amsterdam en Gemeente Berkelland. Afdeling ‘Naam & Gezicht’ van het herinneringscentrum Kamp Westerbork, CODA Archief Apeldoorn, Digitaal Joods Monument, Erica adresboek van Apeldoorn, het Gelders Archief, ITS Archiv Bad Arolsen (International Tracing Service), het boek ‘In Memoriam’ door Guus Luijters, Yad Vashem en Delpher (gedigitaliseerde Nederlandse historische kranten).

David Grijsaart (joodsmonument.nl)

Willem Grijsaart (joodsmonument.nl) 

Grietje Grijsaart (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje David en motivatie: Jeanine Van Burg


De Davidster past bij zijn naam. De bomen staan voor leven en de sterretjes voor de kinderen die zijn omgekomen.


Maker van het herinneringsbordje Grietje en motivatie: Tine Tesselaar

 Roodborst, jij klein schattig vogeltje dat dapper zijn rode borst vooruit steekt en helder de wereld in kijkt. Uit de

                                                 Overlevering wordt gezegd dat jij ooit geraakt werd in je borst, jouw hart, waardoor het bloed jouw borst rood heeft gekleurd

                                                  In de vorm van een hart.


Maker van het herinneringsbordje Willem en motivatie: Ria van 't Klooster


Jij mocht maar 10 jaar leven, veel te kort, ongeloof en afschuw, onmacht en verdriet!


Sientje Gobets

Amsterdam, 27 februari 1934

Auschwitz, 28 januari 1944

Bereikte de leeftijd van 9 jaar

De moeder van Sientje, Rika werd geboren op 24 april 1915 in Amsterdam en op 30 september 1942 in Auschwitz vermoord.

In januari 1944 zit Sientje eerst in Westerbork. Er kwam een onderzoek door De Joodse Raad of Sientje wel joods was. Omdat zij vertelde dat ze van een niet-joodse moeder was. Op 18 januari antwoordde de directeur van de Berg Stichting dhr. Reitsema (lees de slag om de Bergstichting) dat het goed mogelijk was dat ze niet-joods zou zijn. Hij kon niet meer voorkomen dat de de negenjarige Sientje op 25 januari op transport ging en op 28 januari in Auschwitz werd vergast.

Sientje is in de lijst van de kinderen van de Bergstichting een van de weinige die in Auschwitz terecht kwam, alle andere kinderen werden in Sobibor vermoord. Haar broer Abraham, Leentje en hun vader hebben de oorlog overleefd.

 

Vader overleefde 9 concentratiekampen: https://www.youtube.com/watch?v=pazb8_sEnd4

Bron: Sientje. De slag om de Berg-Stichting Ineke Hilhorst, Teun Koetsier, Elbert Roest en A. Alfarez.

Sientje Gobets (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Gineke Estié : 

ik stuur je mijn liefde.


Mark Grootkerk

Rotterdam, 11 juli 1933

Auschwitz, 26 maart 1944

Bereikte de leeftijd van 10 jaar

De moeder van Mark Grootkerk is Hanna Grootkerk en zij is getrouwd geweest met Isaac Bruinvels. (1925 tot 1931). (zie elders in dit document). Aan de jaartallen te zien, is Isaac niet zijn vader en heeft daarom de achternaam van zijn moeder. Isaac senior en, halfbroer van Mark, Isaac junior zijn via het Apeldoornsche Bosch naar Auschwitz gebracht en daar vermoord.


Mark Grootkerk (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Claudie Buffart

Deze vlinders symboliseren de geest van de kinderen, dat ze vrij mogen zijn.


Meijer Hagenaar

Haarlem, 10 maart 1931

Sobibor, 2 april 1943

Bereikte de leeftijd van 12 jaar

Emanuel Hagenaar

Amsterdam, 5 januari 1933

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 10 jaar

Foto van Mannie en Mijer Hagenaar in het Apeldoornse Bosch, vlak voor hun vertrek naar de Bergstichting in Laren. (foto: Stadsarchief Amsterdam, archief Apeldoornse Bosch 1066, inv.nr. 448) 

Emanuel Hagenaar (joodsmonument.nl) 

Mijer Hagenaar (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Emanuel en motivatie: Emmeline Mulder

De zee is oneindig, slechts de mens doet elkaar eindigheid toe.

Maker van het herinneringsbordje Mijer en motivatie: Gitte Spee

Ik zou je zo graag een boekje voorlezen voor het slapen gaan, nu stuur ik je een kusje


Reina Hartz

Amsterdam, 13 februari 1925

Auschwitz, 27 augustus 1943

Bereikte de leeftijd van 18 jaar


Reina Hartz was een dochter van Isaac Hartz en Esther Nunes Vaz, die beiden de oorlog hebben overleefd. De ouders huwden in 1921 en gingen in 1931 weer uit elkaar. Het echtpaar kreeg vijf kinderen waarvan er drie tijdens de oorlog niet meer bij de ouders woonachtig waren. Beide ouders huwde in de jaren '30 een niet joodse partner. Eén kind overleefde de oorlog. 

Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Reina Hartz.


Reina Hartz (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Trees Wesselink


"In mijn hart voor altijd"


Joël de Jong

Rotterdam, 14 november 1920

Auschwitz, 30 september 1942

Bereikte de leeftijd van 21 jaar

Op 14 november 1920 was Joël de Jong geboren in Rotterdam. Hij zat bij de Berg Stichting. Uiteindelijk werd hij op 3 augustus 1942 op transport gesteld naar Auschwitz. Waar hij op 30 september 1942 is omgekomen in Auschwitz (Polen)


Joël de Jong was toen slechts 21 jaar oud.

Joël de Jong (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Erica de Vries


Regendruppels als tranen


Max Lachovitsky

Veur, 28 februari 1929

Midden-Europa, 31 augustus 1944

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Mary Weissmann was geboren in Burgpole in Rusland (of Polen) op 3 Mei 1872 en zij was gehuwd met Max Lachovitsky, geboren op 15 Juni 1868 in Korsaw.

Mary’s ongehuwde dochter Lillah Lachovitsky woonde in bij haar zus Ina en zwager Elkan Fresco in Den Haag. Half December 1928 verhuisde zij, 7 maanden zwanger, naar de Veursestraatweg in Veur (tegenwoordig Leidschendam) waar op 28 Februari 1929 haar zoon Max Lachovitsky werd geboren. Via diverse adressen kwam Max uiteindelijk terecht in de Bergstichting in Laren, gelegen aan de Doodweg 6. Op zijn registratiekaart van de Joodse Raad werd echter als laatste adres vermeld Weesperplein in Amsterdam.

Op 15 Maart 1944 werd Max, als 15-jarige in kamp Westerbork binnengebracht, waar hij moest verblijven in barak 35. Op 23 Maart 1944 is hij van daar op transport gesteld naar “het Oosten” en op 31 Augustus 1944 ergens in Midden-Europa om het leven gebracht.  Max’s moeder Lillah werd op 19 September 1942 in Kamp Westerbork binnengebracht, op 21 September op transport gesteld naar Auschwitz waar zijn bij aankomst op 24 September 1942 direct werd vermoord.

Bronnen: Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Max Lachovitsky en gezinskaart Dina Lachovitsky; stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Dina Lachovitsky; Gemeente Archief Den Haag, gezinskaarten van Lillah Lachovitsky, Max Lachovitsky, huwelijksakte 1746 van Ina Lachovitsky met Elkan Fresco, gezinskaart Elkan Fresco en gezinskaart Manuel Lachowitsky; archief Joodse Raad, kaarten van Anna, Edith, en Manuel Lachovitsky. 

Max Lachovitsky (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Philippine Hardeman


Moge jouw geest vrede hebben gevonden


Elias Aron van Leeuwen

Leeuwarden, 5 juli  1925

Sobibor, 9 april 1943

Bereikte de leeftijd van 17 jaar

Elias Aron van Leeuwen was een zoon van Abraham van Leeuwen en Bruintje Schuijer.

De burgemeester van Laren verzocht opsporing, aanhouding en terugbrenging van de minderjarige Elias Aron van Leeuwen. Hij had op 7 september 1942 de Bergstichting te Laren verlaten en hij was niet teruggekeerd. 


Er is van hem een kampkaart van kamp Vught. 


Elias Aron van Leeuwen (joodsmonument.nl) 


Algemeen Politieblad, nr 37, 17 september 1942, 1044, bericht 1926

Maker van het herinneringsbordje: Leo Bruinsma


Barend Lens

Leiden, 13 februari 1928

Sobibor, 7 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Barend is vernoemd naar zijn grootvader Barend Spiero.

Barend Lens woonde in de Berg-stichting. In december 1942 werd hij overgeplaatst naar het tijdelijke adres van de Berg-stichting in Amsterdam. Hij werd vanuit Amsterdam gedeporteerd. Hij is op 15jarige leeftijd op 7 mei 1943 in Sobibor omgebracht. Zijn ouders woonden in Den Haag. 

Persoonskaart, Stadsarchief Amsterdam


Barend Lens (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Vincent van Haaren


Maurice Menist

Amsterdam 13 mei 1926

Auschwitz, 31 mei 1944

Bereikte de leeftijd van 18 jaar

Jacques Menist
Amsterdam 8 maart 1924

Ext. commando Güntherbergrube, 20 januari 1945

Bereikte de leeftijd van 20 jaar

Celly Menist

Amsterdam 18 januari 1928

Sobibor, 2 juli 1943

Bereikte de leeftijd van 15 jaar

Naast Maurice, Jacques en Celly was er ook nog een zus Flora (in 1943 overleden) en een zus Alida

Maurice Menist (joodsmonument.nl) 

Celly Menist (joodsmonument.nl) 

Jacques Menist (joodsmonument.nl) 

Maker van het bordje Maurice: Rudi Gottschalk

Maker van het bordje Jacques: Willem Holst

Maker van het bordje Celly: Simone Gottschalk-Menist

Het is MIJN familie. Deze pijn knaagt aan mijn hart en is niet in woorden uit te drukken.

Ik draag het verdriet van mijn familie altijd en al mijn hele leven met mij mee!



Izaak Polak

Amsterdam, 10 mei 1921

Midden-Europa, 31 maart 1944

Bereikte de leeftijd van 22 jaar

Izaak Polak was een zoon van Joseph Polak en Lena Woudhuysen. Na de scheiding van zijn ouders in 1925 had Izaak enkele maanden bij het gezin van Joseph Busnac in Amsterdam gewoond en vervolgens in de Bergstichting in Laren. Hij werd 4 september 1942 op transport gesteld.


Gemeentearchief Amsterdam, bevolkingsregister, gezinskaarten Joseph Polak en Joseph Busnac


Izaak Polak (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Sylvia Boorsma

Henriette Rubens

Hilversum, 13 februari 1923

Auschwitz, 28 september 1942

Bereikte de leeftijd van 19 jaar

Geboren: 13 februari 1923 te Hilversum. Zij werd op 25 september 1942 op transport gesteld. En op 28 september 1942 overleden te Auschwitz (Polen)

Zij werkte als hulp in de huishouding en was ongehuwd.

Zij was een van de kinderen van de Berg Stichting.


Henriette Rubens (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Ria Timmerman-Krijnen,

Vogels staan symbool voor de vrijheid, vrij om te gaan een staan waar je wilt. Die vrijheid had de 19 jarige Henriette Rubens in haar jonge leven moeten en mogen ervaren. Helaas liep het anders voor haar en met haar ook voor vele andere mensen.


Simon van Rijk

Borgerhout, 2 maart 1926

Auschwitz, 30 september 1942

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Simon van Rijk was kleermaker van beroep en ongehuwd. Zijn ouders waren Lea van Rijk-Hekster en Joel van Rijk. Hij werd op 21 augustus 1942 op transport gesteld.


Volgens een getuige overleed Simon van Rijk omtrent oktober 1942 in de quarantaine afdeling van de ziekenbarak in Auschwitz.

USC Shoah Foundation, nr. USC-SF 03441 (interview Josef van Rijk) 

Simon van Rijk (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Annemarieke Roelfzema


Met dodenherdenking is het onze traditie, om met het gezin, zelf geplukte lelietjes van Dalen bij het monument

                                             Op de Brink neer te leggen, Al zo’n 30 jaar?


Abraham Tromp

Den Haag, 21 april 1923

Warschau, 31 december 1944

Bereikte de leeftijd van 21 jaar

Abraham Tromp was een zoon van Eliazer Tromp en Sophia Turfreijer. Toen zijn moeder op 15 april 1933 kwam te overlijden, viel Abraham Tromp onder de voogdij van de Berg-Stichting. 

Abraham is op 14 augustus 1943 naar Vught gegaan en van daaruit op 16 oktober naar Westerbork. En omgebracht in Warschau. 

Abraham Tromp (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Pamela Holst

Le Chaïm


Sara Vierra

Amsterdam, 21 augustus 1925

Sobibor, 28 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 17 jaar

Marianne Vierra

Amsterdam, 19 januari 1927

Sobibor, 28 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Sara en Marianne hadden nog een broer (Jacob) en een zus (Klara). Beide ook in 1943 omgekomen, evenals hun ouders (Vrouwtje Italiaander - 1942) en (Willem - 1944)

Sara Vierra (joodsmonument.nl) 

Marianne Vierra (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje Sara: Lieselotte van Alphen


Mijn hart gaat naar jou uit en ik stuur mijn liefde door het universum, op zoek naar jou!

Maker van het herinneringsbordje Marianne: Eveline Holzhauer


Hartjes stuur ik de hemel in


Benjamin de Vries

Den Haag, 26 februari 1926

Sobibor, 4 juni 1943

Bereikte de leeftijd van 17 jaar

Benjamin de Vries (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Wijnand van Haselen


Isidoor Wegloop

Amsterdam, 13 augustus 1926

Sobibor, 16 april 1943

Bereikte de leeftijd van 16 jaar

Op Roodenburgerstraat in Leiden staat het voormalig Joods Weeshuis, Machseh Lajesoumim. Een plek met een tragische geschiedenis, maar ook een plek waar veel kinderen, ondanks de omstandigheden, een fijne jeugd hebben gehad. Een plek waar plezier gemaakt mocht worden, waar je een beetje zakgeld kreeg om zelf te besteden, waar je lid mocht zijn van een jeugdclub, je de mooie aspecten van je geloof leerde beleven, en het voor veel kinderen voelde als één grote familie.

In de oorlog begon het joods zijn, dat de meeste kinderen tot dan toe als iets vreugdevols hadden ervaren, langzamerhand sombere en verdrietige kanten te krijgen. De verhalen, de wijsheid, de gewoonten en de feesten die het leven in het weeshuis ritme, structuur en zin hadden gegeven, waren nu opeens reden voor de buitenwereld om allerlei beperkingen op te leggen. Het leek wel of joden niet mochten bestaan. Op 17 maart 1943 is het Weeshuis door de Leidse politie op last van de bezetter ontruimd. De hele geschiedenis versmalde zich tot dat ene, fatale moment. Dat ene fatale moment, dat voortaan het perspectief zou zijn waar vanuit al het voorgaande en al het komende zou worden bekeken.


Isidoor Wegloop (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Wilma Spruijt


Ik loop met jou de weg, hand in hand.


Barend Wurms

Amsterdam 17 april 1926

Auschwitz, 31 maart 1944

Bereikte de leeftijd van 17 jaar

Marcus Wurms

Amsterdam 31 oktober 1930

Sobibor, 7 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 12 jaar

Aron Wurms

Amsterdam 8 april 1923

Sobibor, 2 april 1943

Bereikte de leeftijd van 19 jaar

Barend is op 31 augustus 1943 op transport gesteld en 31 maart 1944 in Auschwitz overleden.

Aron was huisknecht op Rapenburg en is op 30 maart 1943 op transport gesteld en in mei in Sobibor vermoord. 

Aron Wurms en Leendert van Sister van de Bergstichting in Laren nemen -zonder ruggespraak met de internaatsleiding - het openbaar vervoer richting Amsterdam voor onverwacht familiebezoek.

Barend Wurms (joodsmonument.nl)

Marcus Wurms (joodsmonument.nl) 

Aron Wurms (joodsmonument.nl) 

Maker van de herinneringsbordjes: Jacqueline Verver

Antoon Jacob Wijmans

Rotterdam, 12 augustus 1925

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 17 jaar

Izak Joseph Wijmans

Amsterdam, 2 februari 1934

Sobibor, 21 mei 1943

Bereikte de leeftijd van 9 jaar

Antoon en Izak hadden nog een zus (Rebecca - 1929) ; moeder Eva Kets de Vries is in 1905 geboren en in 1938 overleden; vader Gabriel is in 1907 geboren.

Antoon Jacob Wijmans (joodsmonument.nl) 

Izak Joseph Wijmans (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Wenda van 't Klooster-Calis

Izak Hartog Cohen

Leiden, 26 februari 1903

Midden-Europa, 15 maart 1945

Bereikte de leeftijd van 42 jaar

Beroep: Administrateur

Izak Hartog Cohen was geboren op 26 Februari 1903 in Leiden. Hij was de derde van de zeven kinderen van Hartog Cohen uit Leeuwarden en Marianne Sitters uit Gorinchem. Zijn vader overleed al op 24 Mei 1930 in Leiden maar zijn moeder werd tijdens de Holocaust vermoord, net als al haar andere kinderen met hun gezinnen, t.w. Margaretha, Elisabeth, Salomon, Berend Gustaaf, Herman Samuel en Ester Cornelia.  Alleen Izak Hartog zelf  en Ester Cornelia bleven ongehuwd; de laatste woonde vanaf 9 Mei 1938  samen met haar moeder in de Dintelstraat in Amsterdam.

Op 17 Januari 1928 vertrok Izak Hartog Cohen uit Leiden en werd hij ingeschreven in Laren (N.H.) op het adres Doodweg. Daar was de Bergstichting gevestigd (één van de beste kindertehuizen van Nederland, volgens de Rijksinspectie), waar hij werd aangesteld als administrateur. Op 19 Augustus 1942 werd de vesting in Laren op last van de Duitsers opgeheven en op 5 December 1942 moet het pand leeg opgeleverd worden. Daardoor moest de hele stichting in 1942 in etappes verhuizen naar Rapenburg in Amsterdam, waar de kinderen en het personeel drie uitgewoonde panden toegewezen kregen.

Izak Hartog Cohen werd toen formeel op 30 December 1942 geregistreerd als “adjunct-directeur verwaarloosde Joodsche kinderen” op het adres Rapenburg 92-96 in Amsterdam. Directeur Reitsma liet de Bergstichting typeren als een z.g. “mischlingheim” waar kinderen woonden die niet volbloed joods waren. Dat daarom de inwoners van het tehuis mogelijk deels arisch waren, lag voor de Sicherheitsdienst gevoelig genoeg om ervoor te zorgen dat er geen personeel en bewoners werden meegenomen tijdens een razzia en een huiszoeking. De stichting werd enige tijd met rust gelaten. Daardoor konden er ook mensen onderduiken.

Mogelijk heeft Izak Hartog daardoor, vanaf 11 April 1943, enige tijd bij zijn broer Herman Samuel Cohen in de Retiefstraat in Amsterdam-Oost kunnen wonen waar mogelijk plannen gemaakt werden om te gaan onderduiken. Dat betrof Izak Hartog zelf, zijn broer Herman Samuel met zijn vrouw Elsa Kattenburg, zijn zus Ester Cohen en hun moeder Marianne Sitters.

Op 4 Juni 1943 keerde hij weer terug naar Rapenburg 92-96, waar op 2 Augustus een cruciale inval plaatsvond, waarbij de Duitsers op een beslapen bed stuitten, waarvan de onderduiker al gevlucht was. De niet-Joodse directeur werd gearresteerd maar weer vrijgelaten echter de kinderen die in het tehuis aanwezig waren werden opgepakt en gedeporteerd. De meesten zijn in Sobibor vermoord.

Opvallend was dat Izak Hartog Cohen op 14 Augustus 1943, samen met zijn moeder Marianne Cohen-Sitters, zijn zuster Ester Cohen gearresteerd en afgevoerd werden naar Westerbork, (zijn broer en schoonzus Herman Samuel Cohen en Elsa Cohen-Kattenburg al op 8 Augustus) waar allen toen in de strafbarak 67 terecht zijn gekomen. Op 3 September 1943 werden zij allen als strafgevallen op straftransport gesteld naar Auschwitz, waar bij aankomst op 6 September 1943 alléén Marianne Cohen-Sitters direct in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werd vermoord.

Van de anderen kwam Ester Cohen uiteindelijk op 8 Maart 1945 in het concentratiekamp Libau om het leven (een buitenkamp van Gross Rosen); Herman Samuel Cohen stierf op 11 Februari 1945 in concentratiekamp Ebensee, zijn vrouw Elsa Cohen-Kattenburg op 31 October 1944 in Auschwitz en Izak Hartog Cohen verloor uiteindelijk zijn leven ergens in Midden Europa op 15 Maart 1945.

Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Izak Hartog Cohen, Marianne Sitters, Herman Samuel Cohen, Elsa Kattenburg, Ester Cohen; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten  Izak Hartog Cohen, Herman Samuel Cohen, Elsa Cohen-Kattenburg, Ester Cohen en Marianne Cohen-Sitters; website Joodsamsterdam.nl/Rapenburg 92-96 en de website Oneindig Noord Holland/Bergstichting.


Izak Hartog Cohen (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Marion van ’t Klooster- Angenent


Fina Duifje Cosman

Rotterdam, 16 maart 1917

Auschwitz, 19 november 1943

Bereikte de leeftijd van 26 jaar

Fina Duifje Cosman werd in de Berg stichting geplaatst na de scheiding van haar ouders, Simon Cosman en Esther Cosman Snoek. De andere drie kinderen uit het gezin hebben ook een tijdje in de Bergman stichting gewoond. Twee van hen hebben de oorlog overleefd.

Fina Duifje Cosman (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Marion van ’t Klooster- Angenent


Theodore Prins

Haarlem, 13 januari 1914

Sobibor, 2 juli 1943

Bereikte de leeftijd van 29 jaar

Beroep: ambtenaar opvoedkunde

Flora Prins-Hirschel

Arnhem, 23 april 1911

Sobibor, 2 juli 1943

Bereikte de leeftijd van 32 jaar

Theodore Prins en Flora Prins-Hirschel trouwden op 3 januari 1940 te Arnhem. Zij waren beiden werkzaam bij de Berg-stichting en woonden intern. Zij werden op 29 juni 1943 op transport gesteld naar Sobibor en daar vermoord.

Theodore Prins (joodsmonument.nl) 

Flora Prins-Hirschel (joodsmonument.nl) 

Maker van de herinneringsbordjes: Wenda van ’t Klooster-Calis



Nawoord bij het maken van de bordjes - door Annemarieke Roelfzema

 In mijn Atelier hebben we met elkaar 40 plankjes geschilderd voor 40 kinderen, klein en groot, die zich veilig waanden in de Bergstichting in Laren.

We hebben ons een beeld gevormd van de kinderen, we hebben over ze gesproken en hebben ze herdacht.


Toen alle plankjes klaar waren heb ik ze uitgestald op mijn tafel, alle 40 naast elkaar en ben bij de plankjes een naam gaan zoeken en art klopte!

De afbeelding hoorde bij het kind.

Tijdens het schrijven van de namen, het noemen van de naam overviel me een stilte, een weemoed een ongeloof en verdriet dat niet

Allen van TOEN was maar ook van NU!


2 april 2022 hebben wij een Oekraïns gezin in huis opgenomen, 3 generaties met een baby van nog maar 7 maanden.

Ook zij mogen niet zijn wie ze zijn, ook zij kunnen niet wonen in hun land.

Mijn gedachten gingen en gaan naar de oorlogsjaren van toen en de oorlog van nu, families verscheurd, op de vlucht, verdreven.

En WAARVOOR?


Wij moeten blijven herdenken en blijven vertellen zodat wij NOOIT vergeten wie er gestorven zijn. Wij zullen hun naam noemen en schrijven, keer op keer.