1945

Omgekomen inwoners Laren

Hongerwinter

De Hongerwinter in Nederland was de winter aan het eind van de Tweede Wereldoorlog van 1944 tot 1945 met een grote schaarste aan voedsel en brandstof. Een deel van Nederland was al bevrijd, maar de Randstad leed grote honger. Minstens twintigduizend mensen kwamen er om het leven door honger en kou.


Hongertochten 

Veel mensen, vooral vrouwen (ook wel vergezeld van kinderen), fietsten of liepen naar het oosten of noorden van het land om daar aan eten te komen, met het beetje geld dat ze hadden of om bezittingen: textiel, zilveren bestek en gouden sieraden te ruilen voor voedsel. Dergelijke tochten werden hongertochten genoemd. Veel boeren gaven onderdak aan mensen die over straat trokken. Die mensen worden hongertrekkers genoemd. Sommige boeren vroegen uit winstbejag veel te hoge prijzen voor het voedsel.

Deze tochten waren niet van gevaar ontbloot en een aantal Laarders hebben hierbij het leven gelaten.



Johannes Timotheus Smit

Geboren: Laren, 21 april 1914

Overleden: Laren, 1 februari 1945

Bereikte de leeftijd van 30 jaar

Beroep: tuinman

Johannes Timotheus Smit was tuinman en zoon van Jan Smit (1882-?) en Wilhelmina Bakker (1877-1935), beiden geboren in Laren. Zij zijn getrouwd op 19 april 1910 te Laren.


Helaas kunnen wij nog niet achterhalen hoe Johannes Timotheüs Smit in Laren is overleden. Het overlijden is op 5 februari 1945 aangegeven door de heer Gijsbertus Distelblom. Smit woonde in Gouda. (uit: Wiewaswie)


Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Ria Timmerman-Krijnen,

Johannes Timotheus Smit was van oorsprong Laarder, maar woonde in Gouda. Hij was tuinman en oefende dat beroep op het moment van overlijden uit in Laren. Hoezeer hij nog bij Laren betrokken was, blijkt wel uit het feit dat hij op het Sint Janskerkhof begraven ligt.  Er is verder maar weinig over hem bekend, met deze beschildering wil ik hem en zijn beroep eer aan doen. 


Johannes Bus

Laren, 2 augustus 1890

Voorthuizen, 3 februari 1945

Bereikte de leeftijd van 54 jaar

Beroep: opperman/grondwerker 

Klooster 53

Bus, Johannes, 54 jaar, opperman en grondwerker, geboren en wonende te Laren, zoon van Jan Bus en Rijkje Bouwman, gehuwd met Johanna Cornelia van den Berg, overleden ten gevolge van een vliegtuigbeschieting op 3 februari 1945 te Voorthuizen.


Het gezin bestond uit een halfzus als oudste kind. Kind van een onbekende vader. Hier heeft moeder nooit iets over willen loslaten. Hierna waren er 8 kinderen. 6 meisjes en 2 jongens. Zij waren katholieken werden ook zo opgevoed.


Het gezin woonden op het Klooster, huis met uitzicht op het voormalige café Heidenzicht (in de volksmond café Puijk of Puk). En op de hoek met de Elleboogweg.


Voor de oorlog: 

De nu 93jarige dochter Hennie herinnert zich dat vader Johannes in een uniform van de burgerwacht liep. Maar hij is in de meidagen van 1940 niet in het leger geweest. Verder stond hij met een sjerp om achter in de kerk om iedereen daar tot de orde te roepen als dat nodig was.

Begin van de oorlog: Vader Bus begon te huilen toen hij hoorde dat de oorlog was uitgebroken. Hennie was de oudste dochter en ging nog gewoon naar de lagere school bij de zusters. Van de zusters kreeg haar vader het advies om het meisje naar de ULO te laten gaan. Aldus geschiedde. Zij heeft in Hilversum gewerkt op het kantoor van IMOVA.


In de oorlog

In de oorlog moest Hennie regelmatig boeren bezoeken in Eemnes en Eemdijk om wat eten te vergaren. Zo kreeg zij vaak karnemelk mee (waarvan ze eerst een deel zelf opdronk). Dit ging nog zonder ruilobjecten. Verder had vader Bus een grote volkstuin waar veel eten uit kwam.

Hongerwinter: In de hongerwinter in 1944-1945 werd de voedselvoorraad nijpend en moest er verder worden gekeken. Hennie heeft meerdere voedseltochten ondernomen. Zij was het enige kind (de oudste) van het gezin die dit deed. De eerste keer was zij met haar tantes op zoektocht geweest. (Tante Jo). Zo kregen zij bv rogge (hele korrels). Dat deden ze in een soort pofbroek. Met de benenwagen deed je er 3 dagen over en terug 4 dagen. (Tot in Twente)


Laatste voedselzoektocht

(De volgende reconstructie is samengesteld middels gesprekken met Hennie en Bets afzonderlijk en een gezamenlijk gesprek met beide dames. Van het gezamenlijke gesprek met Hennie en Bets is een filmpje gemaakt en ook is het gesproken woord geregistreerd op 13-9-2021)

Deze keer ging de tocht met haar vader Johannes Bus, heer Bart Kaarsgaren van de Smeekweg met zijn dochter Bets Kaarsgaren. Mogelijk was een heer Vlaanderen erbij. 


Zij hadden een handkar met klep mee van bakker van Bremen. Ook de Kaarsgarens hadden een klein handkarretje bij zich. Vader Bus zorgde voor ruilobjecten als een babykleertjes, horloge en lakens. Voor de grap opende Kaarsgaren onderweg wel eens de klep van de bakkerskar en vroeg wat de mensen wilden hebben.


Tijdens deze laatste voedselzoektocht in de hongerwinter werd op de heenweg een lange kolonne Duitse vrachtwagens naast de mensen die ook naar het oosten trokken bestookt door meerdere geallieerde vliegtuigen. Iedereen dook ‘mansgaten’ naast de weg in.  De meisjes samen in 1 gat en de mannen ieder in een eigen gat. De meisjes moesten hun handen voor hun oren houden van vader Kaarsgaren. 


Tijdens deze beschietingen werd Johannes Bus dodelijk getroffen in zo’n gat. 


Bij en na de aanval was het een chaos. Bets en Hennie herinneren zich nog het enorme lawaai en de oranje gekleurde lucht van de ontploffingen. Bij de meisjes in de kuil sprong op het laatste moment ook nog een fietser. Na afloop mochten de meisjes niet meer in de kuil bij vader Bus kijken van vader Kaarsgaren. 


Zij werden achter op fietsen naar een boer gebracht, waar zij de nacht doorbrachten boven de koeien. Deze boer geloofde het verhaal niet zo erg. Vader Kaarsgaren moest bij de getroffen Bus blijven. In de nacht waren er ook bombardementen te horen. Ook weer beangstigend.


De volgende dag moesten zij naar huis lopen en kwamen ze volgens Bets kletsnat thuis. Volgens de zussen van Hennie is Hennie een aantal dagen aan het zwerven geweest. Vader Kaarsgaren moest bij het gezin Bus gaan vertellen wat er gebeurd was. (Volgens tweelingzus Wil Kaarsgaren is haar vader naar de pastoor gegaan die het bij Bus moest gaan vertellen).


Nog later kwam de kist met het stoffelijk overschot in Laren. Alleen de pink was nog in takt en hieraan bevond zich zijn trouwring.

Maker van het herinneringsbordje: Kitty Harrison

Hildo Cohen

Bergen, 12 augustus 1921 

Blaricum, 12 februari 1945 

Bereikte de leeftijd van 23 jaar

Beroep: werktuigbouwkundige

Lingeskamp 15

Hildo was ongehuwd en van beroep Werktuigbouwkundige.

De verzetsgroep

Het is herfst 1944. De oorlog duurt voort en wordt alsmaar grimmiger. Bij Hildo Cohen en zijn ruim twee jaar jongere broer Albert leeft al enige tijd het idee om actief deel te nemen aan de strijd tegen de Duitse bezettingsmacht. Ze zoeken contact met het verzet. Dat lukt na enige tijd. Hildo geeft hun beider namen op aan een persoon die banden heeft met een knokploeg. 

Het is vermoedelijk iemand van de rugbyclub ’t Gooi uit Bussum waar ze dan allebei lid van zijn. Een tijdlang horen ze niets. Tot begin 1945. Dan wordt Hildo opgeroepen en door architect Cornelis (Cor) de Graaff uit Laren, plaatsvervangend commandant van de KP Laren-Blaricum-Eemnes, ‘als lid van een verzetsgroep’ aangenomen en direct in actieve dienst gekomen.

De verzetsgroep doet een eerste overval in de nacht van 12 februari 1945, met kornuiten van de KP (knokploeg) Laren-Blaricum, plegen zij een overval op de boerderij van een vermeend zwarthandelaar in Blaricum. De actie strandt voortijdig. Als onverwacht Duitse soldaten ten tonele verschijnen en het vuur openen wordt Hildo Cohen dodelijk geraakt en gaan zijn metgezellen er zonder buit vandoor. Na zijn dood mocht zijn familie hem niet meer zien.

Volledig artikel over Hildo Cohen door Peter Bruin is opgenomen in het blad van de Historische Kring Blaricum “Deelgenoten” Voorjaar 2018.


https://www.historischekringblaricum.nl/deelgenoot/deelgenoot-86


Hildo Cohen (joodsmonument.nl) 

Maker van het herinneringsbordje: Chris Bogaers en Karen van den Berg

Lambertus (Bertus) Jongerden

Laren, 28 december 1930 

Milligen, 24 februari 1945 

Bereikte de leeftijd van 14 jaar

Klooster 40

 

   Deze tekening is gemaakt door de broeder waarbij Bertus in 1945 in de klas zat. In het bezit van de familie sinds 1945 en heeft een prominente plaats boven de trap naar de eerste verdieping op de Jagersweg waar neef Jan Jongerden nu woont.

 

Moeder Mien, Kees en Lambertus waren op hun fiets aardappels gaan halen bij een boer in de buurt van Apeldoorn. Dit zou ene ome Karel geweest kunnen zijn, maar men denkt dat het eerder een vriend dan een echt familie lid is geweest. 


Op de terugweg reden ze in een groep van 14 mensen, Kees fietste vooruit, bij een van de kruisingen wilde Lambertus een andere kant op maar moeder vertelde hem dat dat de verkeerde kant naar huis was. 

Bertus had moeders ceintuur in zijn hand en reed naast haar.  Ze fietsten in de buurt van een Duits kamp (Legerkamp Nieuw Milligen) toen een vliegtuig, (moeder Jongerden dacht dat het een Canadees vliegtuig was) een bom liet vallen maar die raakte het Duitse Kamp helaas niet. Een scherf raakte Bertus in zijn borst en terwijl hij nog zijn moeder ceintuur vast had was hij op slag dood. Meerdere mensen stierven en een paar meisje schreeuwden verschrikkelijk er waren ook veel gewonden.


Bertus werd met een houten kar naar Laren gereden en omdat rigor mortis was ingetreden werd hij met zijn klompen aan begraven. Hij lag opgebaard in de huiskamer met een gestreepte overhemd met stropdas. Door de val op zijn hoofd was zijn hoofd ook verbonden.


Een zwarte koets met zwarte paarden reed hem naar zijn laatste rustplaats op het RK St Janskerkhof waar zijn ouders ook rusten plus voornoemde broer Kees (Melis). 

Maker van het herinneringsbordje: Elize van der Werff

Theodoor (Theo) van Gogh

Amsterdam, 5 november 1920 

Amsterdam, 8 maart 1945 

Bereikte de leeftijd van 25 jaar

Beroep: student economie

Rozenlaantje 12

Theodoor was een Nederlands student economie en verzetsstrijder.

Jeugd en studie

Van Gogh was lid van de familie Van Gogh en groeide op in een gegoed middenklasse gezin in Laren met twee broers en een zuster. Zijn vader, Vincent Willem van Gogh, was ingenieur en organisatieadviseur, zijn moeder was een dochter van de Amsterdamse wethouder Floor Wibaut. Hij werd vernoemd naar zijn grootvader, Theo van Gogh, de broer van de kunstschilder Vincent van Gogh. Na het behalen van zijn hbs-diploma aan Het Nieuwe Lyceum te Hilversum ging Van Gogh economie studeren aan de Gemeente Universiteit te Amsterdam. Tevens werd hij lid van het Amsterdamse studentencorps A.S.C. en was daarbinnen actief als bestuurslid van het dispuut M.A.R.N.I.X.

Verzetsactiviteiten

Samen met andere studenten en dispuutgenoten nam hij begin 1943 deel aan acties tegen het tekenen door studenten en personeel van de Universiteit van de loyaliteitsverklaring. Ook was hij actief als koerier binnen het verzet en hield zich bezig met de distributie van zendapparatuur. Op 25 mei van dat jaar werd Van Gogh bij een razzia gearresteerd op zijn toenmalige studentenkamer aan de Amstel en tot 8 september gevangengezet, eerst in het huis van bewaring in Amsterdam en later in het interneringskamp te Vught. Men was niet op de hoogte van zijn verzetsactiviteiten en hij werd enkel vastgehouden omdat hij als student had geweigerd de loyaliteitsverklaring te tekenen.

Na zijn vrijlating doordat zijn vader 500 gulden losgeld betaalde aan de bezetter, ging hij door met zijn verzetsactiviteiten die hij zelfstandig maar ook in samenwerking met de LO-Laren en Natura, twee verzetsgroepen uitvoerde. Hij hielp ondergedoken studenten, joden en collega verzetsmensen die moesten onderduiken aan bestaansmiddelen als bonkaarten, vervalste persoonsbewijzen, voedsel en onderduikadressen en zelf was zijn etage aan de Weteringsschans 137 te Amsterdam ook een onderduikadres voor tijdelijk onderdak.

Op 6 juni 1944 werd hij terwijl hij radiozendlampen vervoerde voor het verzet weer aangehouden omdat zijn persoonsbewijs niet in orde was. Hij was op weg naar de radio-zendoperateur Paul Peters die communicatieverbindingen met andere verzetsgroepen en met Engeland had opgezet na zijn dropping vanuit Engeland en die hij ondersteunde met materieel. Over zijn activiteiten liet hij niets los. Hij werd vastgehouden in het PDA Amersfoort tot 13 juli en wederom vrijgekocht door zijn vader die daarvoor ditmaal 800 gulden neer moest leggen. Hierna verbleef hij aan de Herengracht 209 te Amsterdam waar zijn vader zijn kantoor had en faciliteerde daar de activiteiten van de verzetskranten Het Parool, Ons Volk en Den Vaderlant Ghetrouwe.

Laatste arrestatie en overlijden

Na de onderschepping van een broodtransport op donderdagochtend 1 maart 1945 deed de Sicherheitspolizei een inval in de woning aan de Weteringschans van Van Gogh en zijn dispuutgenoot Johan Bais. Daarbij werd ook zijn boezemvriend Gijs Gorter, met wie hij sinds de middelbare school bevriend was, gearresteerd. Als represaillemaatregelen voor een mislukte aanslag op SS-generaal Hans Albin Rauter in de nacht van 6 op 7 maart eerder, werden op 8 maart verspreid over het hele land meer dan 200 gevangenen geëxecuteerd. Van Gogh, Bais en Gorter behoorden tot de 53 personen die op die dag in Amsterdam bij de Fusilladeplaats Rozenoord doodgeschoten werden. Na de oorlog werd hij herbegraven in vak 37 van de Erebegraafplaats Bloemendaal te Overveen. Zijn broer Johan vernoemde later zijn zoon naar hem, de latere auteur en filmregisseur Theo van Gogh. 

Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Elize van der Werff,

Ik heb hem nagetekend van een foto, een niet vrolijk kijkende jongeman

Een verzetsstrijder, zo heb ik hem geprobeerd te tekenen en erbij gezet dat hij nu ligt begraven op de erebegraafplaats in Bloemendaal.


Gerard Bakker

Laren, 23 maart 1916 

Bussum, 23 april 1945 

Bereikte de leeftijd van 29 jaar

Gehuwd met Alida Lankreijer

Beroep: werktuigbouwkundige

Oud Laren 17

Adres: Oud Laren 17

Bidprentje:

Ten gevolge van den oorlog bij een ontploffing dodelijk geraakt en na het ontvangen van de H.H. Sacramenten in den Heer is overleden te Bussum den 23en April 1945 en den 26e  d.o.v. begraven op het St. Janskerkhof te Laren"


Maker van het herinneringsbordje en motivatie: Ria Timmerman-Krijnen Waarom dit bordje en op deze manier:

Er is een overlijdens bidprentje gevonden. Daarin staat dat Gerard in de oorlog door een ontploffing dodelijke geraakt is. Er is tot nu toe weinig over Gerard Bakker bekend, daarom heb ik er voor gekozen deze explosie in beeld te brengen. 

Wat het extra triest maakt, is het overlijden van zijn 9 maanden oude dochtertje Wilhelmina Alida Maria (01-10-1944 / 21-07-1945). Zijn vrouw heeft in een paar maanden tijd haar man een enig kind verloren. 


Gefusilleerde personen na wapendropping Eemnes op de Drift april 1945

 

Uit het verhaal van Vlasman en Buis.

In het donker sjouwen mannen van de Knokploeg Eemnes de neergekomen containers naar de Mariaschool. De afhandeling van de wapendropping in de nacht van 10 op11 april 1945 in Eemnes begint voorspoedig. Maar even later gaat het mis. Op de Wakkerendijk stuit een foeragewagen van het Duitse leger op een wachtpost van het verzet. Er vallen schoten en twee Duitse soldaten komen om het leven. Dan zijn de poppen aan het dansen. Het blad Tijding1 bericht erover: ‘Een volmaakt onkundige en onschuldige boer werd uit zijn bed gelicht en meegenomen. Evenals een B.S.-man die op den dijk op wacht stond. Beiden zijn door de Duitschers doodgeschoten’. De twee mannen die worden opgepakt zijn Wies Vlasman uit Eemnes en Dick Buis uit Hilversum, ondergedoken in Blaricum. Ze worden niet veel later gefusilleerd in de tuin van een villa in Laren.

De wapendropping, arrestatie en executie zijn uitvoerig beschreven door Peter Bruin, in het kwartaalnummer van de Historische Kring Eemnes

HKE-2015 -2 A5.pub (historischekringeemnes.nl)

https://historischekringeemnes.nl/wp-content/uploads/2020/03/HKE-2015-2-A5.pdf


Dirk Joseph Buis

Medemblik, 29 maart 1919 

Laren, 11 april  1945 

Bereikte de leeftijd van 26 jaar

Beroep: kantoorbediende / lid verzet

Kleine Drift 86 Hilversum


Maker van het herinneringsbordje: Jan Peter Hofstee

Aloisius Cornelis Vlasman

Utrecht, 18 november 1908 

Laren, 11 april 1945 

Bereikte de leeftijd van 36 jaar

Beroep: kantoorbediende / lid verzet

Wakkerendijk 130 A Eemnes

Maker van het herinneringsbordje: Jan Peter Hofstee



Omgekomen Personen in Nederlands-Indië 1947-1949:


Bertus Puijk

Laren, 27 mei1925 

Tjimahi (Ned. Indië), 20 september 1947 

Bereikte de leeftijd van 22 jaar

Smeekweg 31


Maker van het herinneringsbordje: Wil Bongers


11. Bijzonderheden:

Tijdens de 2e mil actie ziek geworden. Was er van voren zowel als van achteren van het peloton waarvan Bertus de Ned. Belangen verdedigend ingesloten waardoor de verbindingen van zijn peloton met het achterland moest missen. Tijdens de actie bij Tash.. maloga werd hij ziek (paratyphus) moest zich dagenlang, zonder medische hulp, met ziek lichaam, meeslepen. Als laatste hulp werd hij per vliegtuig van Tas…  Malaya ,,, naar Tjimali (ziekenhuis) vervoerd, doch het was reeds te laat. Medische hulp mocht op het laatste moment niet meer baten. Hij overleed op 20 september 47als Ned soldaat voor de eer van Nederland.


Gerardus Fokker

Laren, 11 augustus 1926 

Ngetrep, 19 juni 1949 

Bereikte de leeftijd van 22 jaar

Beroep: soldaat

Molenweg 37




Maker van het herinneringsbordje: Wil Bongers

Hij was Houtbewerker in het dagelijks leven en als dienstplichtig soldaat ingedeeld bij de "Grenadiers en Jagers" vanaf 1946.

Wijze van sneuvelen: Tijdens het route clearen/sweepen is jager Fokker door een trekbomdetonatie gesneuveld. Het voertuig begeleide een groep militairen die op weg was naar een protestantse godsdient. Samen met de motor van het voertuig in de lucht geblazen en ong. 20 meter verder terechtgekomen. Een uur na de detonatie overleden aan zijn bekomen krijgsverwondingen. 

Naaste Famielid: Broer G.j. Fokker Oudekerkweg 9 Laren

Fokker, Gerardus.  - Dodenboek Grenadiers & Jagers (dodenboekgrenadiersenjagers.nl) 

Gerardus Fokker boven in zijn stelling. Foto via Thijmen van der Zwaan.